Samenwerken aan en in archiefbeschrijvings- en preservatiesysteem LIAS
De lange weg van droom naar werkelijkheid
Kort na de eeuwwisseling ondernam de KU Leuven actie om het gevreesde digitale gat te voorkomen. Er kwam een archiefbeheersysteem en digitaal depot om de ‘vluchtige’ digitale archieven te bewaren en te preserveren, samen met de context waarin ze werden opgemaakt. Het kind werd LIAS gedoopt. De Stichting de Bethune stapte eind 2009 als eerste externe partner in LIAS.
Meta. Tijdschrift voor Bibliotheek en Archief, 2023-7, besteedt uitgebreid aandacht aan het concept en de evolutie van LIAS.
Klik op download om het volledige artikel te lezen:
Tentoonstelling georganiseerd in het kader van het 150-jarig bestaan van de abdij.
Al meer dan 150 jaar domineert de prachtige abdij van Maredsous de Molignée-vallei. De twee slanke torens, die boven de boomtoppen uitsteken, lokken de bezoekers.
Bij deze verjaardag nodigt het TreM.a – Museum voor Oude Kunsten van Namen u uit om deze opmerkelijke abdij, juweel van neogotische architectuur in België, te (her)ontdekken en haar gemeenschap te ontmoeten, tussen verleden en heden.
Bewonder enkele van de abdijschatten, waarvan sommige voor het eerst in de geschiedenis het abdijterrein verlaten: tekeningen, verluchte manuscripten, sculpturen, maar ook tal van meesterwerken van goudsmeden.
Aan de hand van deze uitzonderlijke objecten wil de tentoonstelling de visie van de stichters van de abdij en haar briljante architect Jean Baptiste Bethune onthullen, de vernieuwing van de gotische kunst in een militant perspectief belichten, maar ook de soms onvermoede aspecten van het kloosterleven in Maredsous onthullen, tussen gebed en arbeid.
Niet te missen:
Drie lunches rond Maredsous producten, aangeboden in de tuin van het museum, op 12, 16 en 26 augustus, ’s middags.
Een parade-conferentie van liturgische gewaden, in de Sint-Jozefskerk, op 25 augustus om 18.00 uur.
Info en reservaties:
musee.arts.anciens@province.namur.be of 081 776 754.
In de videoreeks ‘Verborgen hoekjes’ gaat de Stichting De Lage Landen op zoek naar weinig bekende bezienswaardigheden nabij de Belgisch-Franse grens in Noord-Frankrijk, West-Vlaanderen en Henegouwen. In de vierde aflevering brachten ze een bezoek aan de Sint-Jozefkerk in Roubaix.
Dit pareltje van de neogotiek was een creatie van de Belgische architect Jean-Baptiste Bethune en werd onlangs grondig gerestaureerd. De Sint-Jozefkerk werd ‘l’Eglise des flamands’ genoemd. De vele Vlaamse migranten die in de textielindustrie van Roubaix werkten, konden er de eredienst in hun eigen taal volgen.
Op zondag 12 september 2021 zet Vlaanderen opnieuw de deuren open van bekend en minder bekend onroerend erfgoed. Precies 200 jaar geleden werd Jean Baptiste Bethune geboren (1821-1894). Enkele van zijn realisaties krijgen dan ook bijzondere aandacht op OMD.
Als protagonist van de neogotische beweging in België, maar ook daarbuiten, was Bethune een veelzijdig (interieur-)architect en ontwerper. Bovendien was hij ook sterk maatschappelijk geëngageerd en lag hij aan de basis van de oprichting van de Sint-Lucasscholen.
Daar waar de officiële Vlaamse inventaris van onroerend erfgoed niet minder dan 177 items vermeldt van Bethune (of waar hij de hand in had), wordt op 12 september een beperkte staalkaart belicht:
Brugge: basiliek van het Heilig Bloed
Dadizele: basiliek van Onze-Lieve-Vrouw
Gent: Maaltebruggekasteel
Gistel: Abdij ten Putte / Godelievemuseum
Marke: kerk en omgeving
Sint-Amandsberg (Gent): begijnhofkerk
Vivenkapelle (Damme): kerk en dorpskern
Zwevegem: Milanenkapel
Bepaalde locaties zijn vrij te bezoeken. Op andere locaties worden rondleidingen aangeboden, deels enkel na reservatie (beperkt aantal deelnemers).
Het is minder bekend dat Jean Baptiste Bethune (1821-1894) niet alleen de architect, maar ook de eigenaar was van het prioraat Ten Putte (Sint-Godelieve) in Gistel. Het eigendom bleef in de familie tot 1949.
Een tentoonstelling in het Godelievemuseum brengt de geschiedenis van de oprichting in herinnering. Tegelijk verschijnt ook een rijk geïllustreerd boek, waarin de auteurs Marc Vansevenant en Werner Peene het verhaal brengen van de rol die de families de Bethune en van Outryve d’Ydewalle in 1891 speelden bij de stichting van het prioraat. Ook de Godelievedevotie in Gistel tijdens de 19de eeuw komt uitvoerig aan bod.
De tentoonstelling loopt tot 30 september en is dagelijks toegankelijk van 14 tot 17.30 u. (maandag gesloten).
Op 25 april is het Erfgoeddag. Diezelfde dag, maar dan 200 jaar geleden, in 1821, zag Jean Baptiste Bethune (1821-1894) in Kortrijk het levenslicht als oudste zoon van Felix (1789-1880) en Julie de Renty (1792-1856).
Jean Baptiste groeide uit tot een vooraanstaand en invloedrijke neogotisch architect en voortrekker van de neogotische beweging.
Reden te over om een ‘Bethunejaar‘ te starten dat loopt van april tot het voorjaar van 2022. Een eerste blikvanger is het verschijnen van een themanummer van OKV (Openbaar Kunstbezit Vlaanderen). Het slotevenement in mei 2022 wordt het internationaal colloquium dat in het kasteel van Loppem zal plaatsvinden.
Nog tot 27 juni 2021 loopt in de kerk van het Groot Begijnhof in Gent – Sint-Amandsberg de tentoonstelling ‘Fantasie of realiteit. Glasgeheimen bij Van Eyck’. Ze focust op de relatie tussen glasramen en glazen voorwerpen op schilderijen van Jan Van Eyck en nog bewaard gebleven glasramen, glazen en archeologische fragmenten rot 1440.
Curator Alette Rambaut, kunsthistorica en specialiste van historische glasramen, maakte voor de samenstelling van de tentoonstelling gebruik van archiefmateriaal van de Stichting de Bethune. Ze legt ook een link met de glasramen uit de neogotische begijnhofkerk.
Beelden uit de tentoonstelling
Dat er effectief een link zou kunnen gelegd worden tussen de glazen in het werk van Van Eyck en de glasramen uit de begijnhofkerk voldoet aan onze stoutste verwachtingen. Het is aannemelijk dat de afgebeelde gebrandschilderde gotische glasramen als inspiratiebron werden gebruikt door dé glaskunstenaars uit de 19de eeuw. J.B. Bethune concipieerde de hele begijnhofkerk met inbegrip van de volledige decoratie. De uitvoering van de glasramen gebeurde in het atelier van Bethunes opvolger Verhaegen, zijn leerling Ostgerrath en Casier.
Uit de tentoonstellingscatalogus ‘Fantasie of realiteit’. Glasgeheimen bij Van Eyck, p. 48)
Door de huidige coronamaatregelen blijven de bezoekmogelijkheden aan het archief en de bibliotheek uiterst beperkt.
Uitzonderingen kunnen toegestaan worden aan wetenschappelijke onderzoekers (doctorandi en doctores) die werken met een nabije deadline en die het gezochte materiaal niet kunnen raadplegen in een andere instelling.
In de mate van het mogelijke kunnen er kopieën en/of scans worden aangeleverd. De kosten hieraan verbonden vindt u op deze pagina.
Het illustrere neogotische Kasteel de Haar in Utrecht toont het riante kasteelleven van de 19de eeuw. Etienne baron van Zuylen de Nijevelt van de Haar droomde van een imposant kasteel waarin de macht én de pracht en praal van zijn voorouders tot leven zou komen. Pierre Cuypers en zijn zoon Joseph slaagden met glans in die opzet. Ridders, jonkvrouwen en minstrelen sieren muren, ramen en consoles.
In de tentoonstelling Kastelen om van te dromen werd Kasteel de Haar voor het eerst omringd door neogotische droomkastelen als Château de Pierrefonds (FR), Château Haut-Koeningsbourg (FR), Kasteel van Loppem (BE) en Cardiff Castle (UK). Hiermee had het Cuypershuis ook een primeur, want de tentoonstelling toont bruiklenen die voor het eerst buiten hun landgrenzen geëxposeerd werden.