Familiewapen

Heraldische beschrijving

Blazoen van 1855

Argent (zilver) met drie vijfpuntige sterren van azuur (blauw). Schildhoofd van azuur met muurkroon van argent. Bekroond met rangkroon van baron. Schildhouders: twee klimmende leeuwen van goud met tong van keel (rood). Motto: ‘nec auro, nec armis’ (noch goud, noch wapengeweld) van sabel (zwart) op een listel van goud versterkt met keel.

Betekenis

De drie sterren zijn een getrouwe kopie van de sterren die voorkomen in het gemeentewapen van Zwevegem en die verwijzen naar de familie de Gribonval, heren van Zwevegem in de 17de eeuw. Felix Bethune, eigenaar van het neerhof van het kasteel van Zwevegem, wilde zo herinneren aan deze heren. De Heraldische Raad verplichte hem evenwel om de kleuren ervan te wijzigen en om een muurkroon aan zijn blazoen toe te voegen. De muurkroon, zoals die gebruikt wordt in wapenschilden van steden, moest verwijzen naar zijn functie van burgemeester van Kortrijk.

De kleuren werden voorgesteld door Jean Baptiste Bethune, in een brief van 1844 aan zijn vader Felix en refereren naar de symbolische betekenis ervan. Goud verwijst naar rijkdom en moed, zilver naar onthouding en religie, rood naar grootheid, blauw naar oprechtheid en zachtheid. “Vous voyez que l’argent et l’azur sont les symoboles qui se rapportent, peut-être, le mieux à mon cher Papa”, merkte Jean Baptiste op.

Andere blazoenen

Felix Bethune werd op 26 maart 1845, omwille van zijn politieke verdiensten, door Leopold I met de titel van ridder in de adelstand verheven.
Tot de rangverhoging naar baron, op 11 november 1855, mocht hij dit blazoen gebruiken.
Met een breve van 26 januari 1866 verleende paus Pius IX de titel van pauselijke graaf aan Felix Bethune.
Deze titel gaat erfelijk over naar de eerstgeborene mannelijke opvolger. Vandaar dat die ook de grafelijke rangkroon mag gebruiken.